Cyrille Offermans over Caravantis
(Dit is een bekorte weergave van de rede die de Nederlandse essayist Cyrille Offermans uitsprak bij de presentatie van Caravantis in Antwerpen, op 27 september 2014.)
Misschien is het goed als ik bij wijze van inleiding vertel
dat Frank en ik geen vreemden voor elkaar zijn, sterker, we kennen elkaar al
heel lang. Frank was begin deze eeuw een jaar of vijf, denk ik, hoofdredacteur
van De Standaard der Letteren, en in die tijd heeft hij mij regelmatig om
medewerking gevraagd, wat ik natuurlijk graag deed. Frank hield daarmee op – en
dat zegt iets over zijn principiële houding – toen er een nieuwe hoofdredacteur
werd aangesteld, die met allerlei populariserende
maatregelen kwam; logischerwijs betekende dat ook het einde van mijn
medewerking aan die krant. Er was, zult u begrijpen, hoe dan ook sprake van op
zijn minst enige literaire verwantschap tussen Frank en mij, al was, of is,
Frank ook bijna een generatie jonger dan ik.
Ik
vertel dit om duidelijk te maken dat ik bij de aankondiging van zijn roman Caravantis wel al een vaag idee had van
wat ik kon verwachten: het zou beslist geen alledaagse roman zijn, geen boek
dat ons een aangename herkenningsmelodie zou voorspelen. Het zou eerder een
verontrustend boek zijn, een boek dat ons een spiegel zou voorhouden waarin we
een weinig flatteus beeld van onszelf te zien zouden krijgen. En dat leek ik
ditmaal wel heel persoonlijk en concreet te moeten opvatten: bij het doornemen
van de inhoudsopgave stuitte ik op iemand met mijn voornaam, een zekere
Cyrille. Daar schrok ik even van. Cyrille is, althans in Nederland, en gespeld
met –lle, een hoogst ongebruikelijke naam – zou Frank via deze roman nog een
appeltje met mij hebben willen schillen? Het zou kunnen, we hadden elkaar de
laatste jaren nooit meer gezien, misschien waren we flink uit elkaar gegroeid,
wie weet hoe hij in die tijd over mij was gaan denken.
Cyrille Claes blijkt met voorsprong de saaiste,
middelmatigste, vervelendste man van het westelijk halfrond te zijn. Hij is
gespeend van elke verbeeldingskracht, hij zingt met al zijn handelingen en
uitspraken uitsluitend de lof van het bestaande en van de rimpelloze
aanpassing. De man heeft een afkeer van het toeval, verrassingen zijn
uitgesloten, bij alles wat hij doet kun je de klok gelijk zetten. Cyrille Claes
vindt niets zo erg als onverwacht bezoek. En zijn vrouw, Suzanne, is zijn
perfecte partner. Op dat punt gekomen begon ik te vermoeden dat ik spoken zag,
zo’n harteloos en reactionair beeld kon Frank toch moeilijk van me hebben. En
bovendien: waarom zou hij me anders hebben gevraagd hier, bij de presentatie
van zijn roman, iets te zeggen?
Caravantis is een
betrekkelijk complex maar zeker geen hermetisch boek, het is integendeel, zeer
toegankelijk. De roman vraagt aandachtige lezers, liefst lezers die niet
onmiddellijk denken dat zij model hebben gestaan voor bepaalde personages. Het
kan zijn dat u zich aanvankelijk enigszins gedesoriënteerd voelt, maar dat
hoeft niet tot paniek te leiden. Er lopen in het boek diverse, discontinue
verhaallijnen die soms op afstand, op flinke afstand worden voortgezet en
elkaar kruisen. Het is onmogelijk en ongewenst die hier allemaal te volgen,
maar via Suzanne, de echtgenote van Cyrille Claes, duiken we in het hart van de
roman. Suzanne
heeft een baan bij het Iasco, een soort studie- en onderzoeksinstelling in de
republiek Caravantis, ergens in Europa. Via die instelling haalt zij het toeval
in huis in de persoon van een Amerikaanse journalist die door zijn baas wordt
uitgezonden om voor de Wyoming Times poolshoogte te gaan nemen in de republiek
Caravantis, waar iets onverklaarbaars en sensationeels moet zijn gebeurd.
Wyoming, het
thuisland van de journalist, is voor de lezer van Frank Albers geen onbekende.
In Beatland (2007), zijn reisboek in het
spoor van Jack Kerouacs On the Road, lezen we onder meer dat die staat zes maal zo groot is als Nederland
maar met niet meer dan een half miljoen inwoners uiterst dun bevolkt. Uit dat
boek weten we ook dat het de saaiste staat van de VS is, de ideale biotoop voor
Cyrille Claes zou je zo zeggen, met dit verschil dat de bewoners van Wyoming
hun verveling bestrijden met een extreme alcoholconsumptie. In het betreffende
hoofdstuk last de auteur een passage in over Europa, die de kiemcel van Caravantis lijkt.
Europeanen, heet het hier, zijn mensen zonder dromen, of liever: ‘ze
zijn bedrogen en getraumatiseerd door hun eigen twintigste-eeuwse
maatschappijdromen,’ bijgevolg zijn ze niet meer te vinden voor een nieuw
utopisch project. Toch is zo’n nieuw utopisch project precies waar de roman Caravantis over gaat. Dat project komt
niet uit de lucht vallen, het is geen wild en volstrekt onwaarschijnlijk
bedenksel van de auteur, het ligt eerder in het verlengde van reële, maar al te
bekende, om niet te zeggen verontrustende ontwikkelingen. Niettemin verwijdert
het boek zich ver van de gebruikelijke realistische roman.
Er
gebeuren vanaf de allereerste zin dingen die normaliter niet kunnen – een baby
die al meteen na de geboorte blijkt te kunnen spreken, een jongen (in de
republiek Caravantis) van twaalf meter lang – maar die dingen, zo blijkt later,
zijn een uitvergroting, meestal satirisch getoonzet, van wetenschappelijke
ontwikkelingen en van bedenkelijke maatschappelijke en politieke tendensen die
ons, zoals gezegd, wel degelijk bekend voorkomen.
Bij
gebrek aan soortgelijke boeken in de Nederlandse literatuur is het moeilijk
deze roman te typeren; het meest heeft ie weg van een dystopie, zoals u weet
het tegenovergestelde van een utopie, een boek in de lijn dus van Orwell’s 1984. Maar de republiek Caravantis is,
zoals alle Europese dictaturen van de twintigste eeuw, begonnen als utopie. Het
boek bevat een lange toespraak van de directeur van Iasco, het zojuist genoemde
onderzoeksinstituut, waarin de utopische principes van Caravantis worden
gemotiveerd in het perspectief van eerdere, bekendere utopieën.
Europa
Europa, stelt die directeur, is ‘een intellectueel
leeggebloed continent’, ‘een uitgeputte beschaving die op het punt staat te
bezwijken aan dezelfde kwalen die in het verleden al menige beschaving hebben
uitgemergeld: lethargie, zelfoverschatting, een dodelijk gebrek aan moed, energie
en ideeën. Europa is stokoud,’ verzucht hij, ‘een bloedarmoedig ventje dat zich
nog slechts warmt aan de tanende gloed van een roemrijk verleden.’ Maar Europa
heeft ook leergeld betaald: het kent na Auschwitz en de Goelag de prijs voor
overspannen dromen. Derhalve kon Caravantis, als het zich wilde onderscheiden
‘van andere staten op dit versufte continent’, ‘geen revolutionaire idealen,’
‘geen ambitieuze politieke droombeelden’ meer koesteren. En dan komt de
langverwachte aap uit de mouw: Caravantis heeft ervoor gekozen ‘om de wereld te
aanvaarden zoals de wereld is.’ En dat alles onder het motto: ‘Gelukkig is de
mens zonder verbeelding.’ Hij zegt het er niet bij, maar voor de lezer is het
duidelijk: Cyrille Claes is de modelburger van Caravantis.
Caravantis is, in
weerwil van de nagestreefde utopie van de eenvormigheid in zijn fictieve
modelstaat, een prachtig toonbeeld van het tegendeel, van veelvormigheid, ook
stilistisch; de verhalen tuimelen over en door elkaar zonder dat het een
onbegrijpelijke warboel wordt. Caravantis
is geen experiment in de schemergebieden van een uitgeholde syntaxis, geen
excursie in de puinhopen van de afgeschreven roman. Eerder is het een impliciet
pleidooi voor een geëngageerd en vormbewust intellectualisme.
Misschien klinkt het in mijn uiteenzetting af en toe wat
zwaar op de hand, maar de lezer zal snel ontdekken dat het bovenal een
bijzonder geestig en vindingrijk boek is, al is het niet uitgesloten dat hij in
de soms deerniswekkende, soms ook vooral verachtelijke mensensoorten die het
boek bevolken af en toe een uitvergroot beeld van zichzelf meent tegen te
komen, zoals ik me uiteindelijk
toch niet helemaal aan de indruk kan onttrekken dat er in die Cyrille Claes
misschien toch meer van mijzelf zit dan me lief is.
Ik wens u straks veel leesgenot.
(cover Caravantis: Koen Van den Broek, Gio Ponti, 2013, Courtesy Figge von Rosen Galerie)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Opmerking: Alleen leden van deze blog kunnen een reactie posten.